Tom Vandooren is docent aan de Arteveldehogeschool, auteur en consultant. Regelmatig kijkt hij voor VIEWZ met een kritische en uitdagende blik naar de Vlaamse zorg- en welzijnssector. Dit onder het motto “drup & drover”: soms er boenk op, nu en dan er los over …
Als directie en staf er wel heel monter en fluitend bijlopen en een vers pakje post-its openbreken, weten we in de Vlaamse social profit hoe laat het is: tijd voor een strategische denkoefening. Een periodiek terugkerende hoogmis van het betere managementdenken, in een poging om bedreigingen te bezweren en kansen te benutten, en Madame Soleil-gewijs de toekomst bloot te leggen. En daar is op zich uiteraard niets mis mee. Wie een oorlog of een voetbalmatch begint zonder goede strategie is er op voorhand aan voor de moeite. En dat geldt zeker in de wel zeer beweeglijke wereld van zorg, onderwijs, hulpverlening … “Failing to plan” is immers “planning to fail”, zoals steevast te lezen staat op elke eerste slide van elke oneindig lange presentatie die steevast elke kick-offmeeting van zo’n proces inleidt.
Probleem is echter dat we bij dergelijke oefeningen misschien wel naar buiten maar vaak te weinig vooruit kijken. Onze versie van Madame Soleil kijkt meer door het venster dan in een glazen bol. We focussen op de problemen van vandaag, niet op de vragen en uitdagingen van morgen. En zo blijven veel van die zogenaamde toekomstgerichte strategieën natuurlijk steevast achter de zaken aan hollen. Terwijl strategie geen reactieve, maar net een proactieve denkoefening hoort te zijn.
Redenen hiervoor zijn legio. In de eerste plaats zijn er in het hier en nu ruim voldoende uitdagingen te vinden die onze aandacht opeisen. Niet makkelijk om de blik op de toekomst te richten als het schip nu water maakt. Tweede reden, en sommigen zullen het niet graag horen en betwisten, maar een stevige brok van de Vlaamse social profit is nogal behoudsgezind. Niet zo verwonderlijk in een wereld vooral bevolkt door deskundige professionals, die vooral deskundig zijn in wat ze op vandaag doen.
Managementgoeroe Mintzberg wist al dat strategie niet enkel gaat over plannen smeden, maar ook patronen verraadt. Als we niet opletten heeft Madame Soleil oogkleppen op: wat vroeger werkte en wat we op vandaag belangrijk vinden heeft dan de neiging onze kijk naar buiten én naar wat morgen brengt te verengen. Vraag is maar of de recepten van vroeger blijvend zullen werken bij uitdagingen die er nu nog niet zijn, maar wel op ons afkomen.
En er komt wel degelijk iets op ons af. Of binnen vijf of tien jaar zorgorganisaties nog grote gecentraliseerde gebouwen zullen zijn, of er dan nog leerkrachten voor klassen zullen staan, of commercialisering en vermarkting nog sectoren zullen raken en of technologie zorg, welzijn, bestuur en onderwijs nog verder ingrijpend zullen veranderen, zijn open vragen.
Of het allemaal zo’n vaart zal lopen? Net als u geen idee. Maar wellicht ook net als u had ik vijf jaar geleden nog nooit van MS Teams gehoord, laat staan van chatGPT, vond ik elektrische wagens iets heel exotisch en dacht ik dat les geven iets was dat in een klas gebeurde, bij voorkeur door een leerkracht.
Feit is dat op vandaag artificiële intelligentie beter is in het herkennen van (sommige) hersentumoren dan dokters, chatbot ‘Rose’ als onthaalmedewerker slimmer, geduldiger en efficiënter is dan haar menselijke tegenvoeters en de eerste papers geschreven met behulp van chatGPT al ingediend zijn. Op vandaag kan je in Vlaanderen al een volwaardig bachelor- of masterdiploma halen zonder één keer uit huis te komen, aan opleidingsinstellingen waar amper nog docenten rondlopen, gebeurt postoperatieve zorg aan huis en is mijn enige interactie met mijn stadsbestuur via een PC-scherm.
Wat de toekomst brengt? Mijn patiënt-avatar die in de metaverse op consultatie gaat bij de arts-avatar? Operaties aan huis? Chatbots die niet te onderscheiden zijn van therapeuten van vlees en bloed? Thuisonderwijs als dé oplossing voor het lerarentekort? Misschien …
Moeten we op elke kar meespringen? Nee hoor, enige behoudsgezindheid hoeft op zich geen slechte zaak te zijn. Overtuigd zijn dat wat we vandaag doen ook in de wereld van morgen waardevol is, kan en mag. Hakken in het zand zetten is een legitieme strategie. Maar liefst niet enkel gebaseerd op wishful thinking of ingesleten denkwijzen. Beslissen al dan niet op een kar te springen, vereist de kar van ver te zien aankomen om er niet plots door overreden te worden.